Oostenrijk
Oostenrijk grenst aan acht landen. Duitsland, Italië, Zwitserland, Slovenië, Hongarije, Slowakije, Liechtenstein en Tsjechië. De hoofdstad van Oostenrijk is Wenen. Andere grote steden zijn: Salzburg, Innsbruck, Graz en Eisenstadt. Oostenrijk heeft veel verschillende gebieden. Het heeft uitgestrekte bossen, dreigende bergen en schitterende gletsjers. Oostenrijk is een ruim land. Het heeft een oppervlakte van 83.859 vierkante km. Van die 83.859 vierkante km is 68 % onbewoonbaar. Bergen en bossen zijn niet de ideale plekken om te wonen. Hoewel Oostenrijk twee keer zo groot is als Nederland, heeft het maar 8 miljoen inwoners. Er zijn weinig rijtjeshuizen. Bijna iedereen heeft een vrijstaand huis met in ieder geval een klein lapje grond. Ongeveer 25% van de bevolking woont in Wenen. In Oostenrijk spreekt 91% van de bevolking Duits. Vroeger werd Oostenrijk ook wel Felix Austria genoemd. Toen was het een land dat zich uitstrekte over een groot deel van de Balkan en Centraal Europa tot in de Oekraïne toe.
De natuur van Oostenrijk
Doordat Oostenrijk veel bossen en planten heeft, is er veel leven. Met 38% bos is Oostenrijk een van de bosrijkste landen van Europa. In de bossen vind je nog veel dieren. Herten vind je nog overal. Maar ook reeën, marters en alpenmarmotten laten zich graag zien. Als je één van de symbolen van de Alpen wilt zien heb je geduld en een verrekijker nodig. De steenbok, lynx en de wilde kat zijn namelijk schuwe dieren. Maar het meest bijzonder is toch de bruine beer. Dit beest was eigenlijk in de Oostenrijkse bossen uitgestorven. Men denkt dat de bruine beer vanuit Slovenië de grens is overgestoken.
De bergen zorgen ook voor veel bekijks. Het gebergte in Oostenrijk heet de Alpen. De hoogste berg in de Oostenrijkse Alpen is de Grossglockner. Het lijkt of de bergen er altijd zijn geweest, maar zo´n tweehonderd miljoen jaar geleden moeten de Alpen er totaal anders uit hebben gezien. Waar nu het gebergte de Alpen ligt was vroeger niks anders dan water. Het was een oerzee waar nu de Middellandse zee vandaan komt. Men weet dat doordat er schelpen en fossielen hoog in het gebergte zijn gevonden en omdat er lagen liggen die ook laten zien dat er vroeger water is geweest. De Alpen groeien al vijfenzestig miljoen jaar onafgebroken door. Boven de drieduizend meter ligt eeuwige sneeuw. In de winter valt er namelijk zoveel dat het in de zomer niet allemaal weg kan smelten.
De begroeiing van de berghellingen verschilt door de temperatuur. Tot de 800 meter heb je veel akkers en weiden. Boven de 800 meter vind je het meest loofbossen en niet veel hoger de naaldbomen. Boven de 1800 meter kunnen geen bomen meer groeien, daar is het te koud voor. Wel groeit er nog gras. Maar ook dat kan boven de 2200 meter niet meer overleven. Het enige dat daar nog is zijn rotsen, mos, en af en toe een verdwaald vetplantje.
Klimaat
In de bergen komt de temperatuur boven de 1800 meter niet hoger dan 10 graden Celsius. Het verschil tussen het noorden en het zuiden van een helling kan tientallen graden schelen. De gemiddelde hoeveelheid neerslag is 620 millimeter per jaar. In grote delen van het land komt de wind bijna altijd uit het westen en het noordwesten. In Oostenrijk zijn er drie verschillende klimaten; in het oosten heb je het pannonnische klimaat, ( in juli meestal boven de 19 graden Celsius en de neerslag in een jaar is vaak minder dan 800 mm)in de Alpen heb je het alpiene klimaat, (veel neerslag, korte zomers en lange winters) In de rest van het land heb je het gematigd vochtig Midden – Europees klimaat. (Neerslag in een jaar tussen de 700 en de 2000 mm afhankelijk van de hoogte en de ligging. De temperatuur ligt meestal tussen de 14 en de 19 graden. Een bekend verschijnsel is de föhn. Koude lucht botst aan de noordzijde tegen de bergen, er valt neerslag en er ontstaat föhnwind aan de zuidzijde van de bergen.
De bevolking
Het Oostenrijkse volk is ontstaan uit vele Etnische groepen: Illiriers, de Kelten, Germanen, Hongaren e.a. De bevolkingsdichtheid is ongeveer 95 inwoners per vierkante km. De bevolking is voor 97% Duitstalig. Er zijn een aantal uitzonderingen: Hongaren, Tsjechen, Slovaken, Slovenen, en Kroaten. In Oostenrijk heb je verschillende godsdiensten, 78 % is katholiek, 5 % is protestant, en 9 % is onkerkelijk. In 1938 woonden er nog 180.000 joden in Wenen. Nu zijn dat er nog maar 10.000.
Economie
In Oostenrijk is er bijna geen werkloosheid en als je kijkt naar het bruto nationaal product (het geld dat alle mensen in Oostenrijk met elkaar verdienen) zit dat wel goed. Daarom is het een van de welvarendste landen van Europa. De meeste mensen hebben een baan. De beroepen zijn erg verschillend. Er zijn bijvoorbeeld geen 600 boeren en 23 ambtenaren, maar 600 boeren en 593 ambtenaren.
De geschiedenis van Oostenrijk
Zoals ieder land zijn eigen stuk geschiedenis heeft, heeft Oostenrijk die ook. De eerste door mensen achter gelaten sporen werden ongeveer 20.000 jaar geleden gemaakt.
- Twintigduizend jaar geleden leefde men in holen en lemen hutten en leefden van de jacht en wat veeteelt.
- Vanaf 1000 voor Christus vestigden zich in het huidige Oostenrijk Illyriërs en Kelten. Belangrijk in die periode was de Hallstatt- cultuur, die voor het eerst ijzer bewerkte.
- In de eerste eeuw voor Christus werd het gebied onderworpen door de Romeinen, die daarmee hun noordgrens verlegden tot bij de Donau. In die tijd ontstond de grenspost Vindobona, de huidige hoofdstad Wenen.
- Na de vijfde eeuw ging het West-Romeinse rijk ten onder. Diverse stammen ( Hunnen, Oostgoten, Longobarden en andere Germaanse stammen) drongen het land binnen.
- In 791 werd Oostenrijk een deel van het Frankische rijk. In de negende eeuw vielen de Hongaren Oostenrijk binnen, maar werden in 955 weer verslagen.
- In 996 verscheen voor het eerst de naam Ostarrichi in een keizerlijke oorkonde. Deze naam sloeg op het gebied rond St. Pölten. Het gebied werd rond die tijd overheerst door het geslacht Babenberg. In 1246 sneuvelde de laatste Babenberger.
- Tot 1272 werd er gestreden om de opvolging van de Babenbergers. In 1273 werd Rudolf I van Habsburg door de rijksvorsten tot Duits koning benoemd. In 1373 viel ook Tirol aan Habsburg toe. Door delingen en broederruzies, opstandige boeren en de pest verzwakte het Habsburgse koninkrijk van binnenuit. Vanaf 1438 begon de tot 1806 ononderbroken Habsburgse opvolging.
- In de tijd van Napoleon verloor Oostenrijk verschillende gebieden aan Frankrijk. Napoleon erkende toen niet langer het Heilige Roomse Rijk van de Duitse Natie. Op het congres van Wenen in 1815 werd Europa opnieuw verdeeld door Oostenrijk, Engeland, Frankrijk, Rusland en Pruisen. Oostenrijk kreeg de macht over midden Europa en een groot deel van Italië.
- Rond 1860 wisten Italiaanse nationalisten zich aan Oostenrijk te ontworstelen en na een oorlog tegen Pruisen was ook de rol van Oostenrijk in de Duitse politiek uitgespeeld. In 1867 kwam de Oostenrijks- Hongaarse dubbelmonarchie tot stand.
- In 1914 brak de Eerste Wereldoorlog uit. Karel I zou als laatste op de Habsburgse troon plaatsnemen. Hij wilde in 1917 de oorlog beëindigen maar dat lukte hem niet. Na de verloren oorlog werd Oostenrijk ontbonden. Tsjecho-Slowakije, Hongarije en Joegoslavië werden zelfstandig. Roemenie en Italië pikten ook nog wat resten in. Wat er nog over was een klein arm land met 7 in plaats van 50 miljoen inwoners.
- Hitler, in Oostenrijk geboren en aan de macht in Duitsland, wilde in 1933 Oostenrijk in zijn macht krijgen. Met behulp van Mussolini uit Italië voorkwam men een overval door de Duitsers. De socialisten verzetten zich hier hevig tegen en werden gevangen genomen of vermoord. Oostenrijkse nazi’s deden in 1934 een greep naar de macht maar die mislukte.
- In 1936 werd Schlusschnigg de nieuwe bondskanselier. Begin 1938 werd deze door Hitler zwaar onder druk gezet om de nazi Seyss- Inquart in de regering op te nemen. Omdat Schlusschnigg onheil voorzag zocht hij tevergeefs steun bij Frankrijk en Engeland. Op 12 maart 1938 rukte Hitlers troepen Oostenrijk binnen en werd Seyss- Inquart rijksstadhouder van Oostenrijk dat voortaan Ostmark heette. Zo raakte Oostenrijk betrokken in de tweede wereldoorlog.
- Tijdens de tweede wereldoorlog verdwenen duizenden Oostenrijkers in kampen en gevangenissen. De helft van Joodse bevolking vluchtte en de andere helft kwam om. De economische opleving aan het begin van de tweede wereldoorlog was van korte duur. Honderdduizenden mannen moesten in dienst en velen sneuvelden.
- Na de oorlog werd Oostenrijk bezet door de Russen, Fransen, Engelsen en Amerikanen. Wenen werd in vijf sectoren verdeeld. Het ging heel toen ook heel slecht met de economie. In mei 1955 werd Oostenrijk weer een zelfstandig en vrij land. Door onder andere door Marshallhulp, uitbreiding van elektriciteitswerken en industrieën, groei van de handel en toerisme kwam Oostenrijk er weer langzaam bovenop.
- Van 1970 – 1982 zette bondskanselier Kreisky Oostenrijk ook weer op de politieke kaart. In 1986 werd de door zijn oorlogverleden omstreden Kurt Waldheim bondspresident.
- Op 16 april 1996 schafte de Oostenrijkse staat een wet uit 1919 af, die het leden van de Habsburgse koninklijke familie verbood het land binnen te komen, zolang zij hun aanspraken op de troon niet hadden afgezworen.
- Op 1 februari 2000 werd de zeer omstreden Jörg Haider gekozen tot bondskanselier van Oostenrijk. Snel daarna kwamen buitenlandse sancties vanuit Europa op gang vanwege het extreem rechtse karakter van Jörg Haider en werden de contacten beperkt tot een minimum.
Maak jouw eigen website met JouwWeb